19 mei 2025

De samenstelling van je grasmengsel heeft grote invloed op het moment van doorschieten – en dus op de kwaliteit van je gras. Door de tweede snede net vóór of tijdens de vorming van de zaadstengel te maaien, voorkom je dat het gras doorschiet en behoud je zowel de voederwaarde als de smakelijkheid.

Doorschietdatum verschilt per grassoort

Veel veehouders letten bij het maaien vooral op de doorschietdatum van Engels raaigras. Maar let op: andere soorten zoals Festulolium (doorsnee rond half mei) en Timothee (pas begin juni) schieten op heel andere momenten door.

Door ook met deze soorten rekening te houden, kun je het juiste maaimoment beter inschatten én je grasland optimaal benutten.

Ken je rassen: vroeg, midden of laat doorschietend

Engels raaigras wordt ingedeeld op basis van de doorschietdatum:

• Vroeg doorschietend (voorheen: vroeg hooitype)
• Middentijds doorschietend (voorheen: laat hooitype)
• Laat doorschietend (voorheen: weidetype)

Het verschil tussen vroeg en laat doorschietende rassen bedraagt gemiddeld ruim drie weken. Dat heeft duidelijke gevolgen voor je management:

• Vroeg doorschietende rassen groeien vlot in het voorjaar, maar schieten sneller door. Je zult dan in het voorjaar én bij de tweede snede vaker moeten maaien.
• Laat doorschietende rassen hebben een langzamere voorjaarsgroei, maar leveren doorgaans een betere zomerproductie. Minder aarvorming betekent bovendien makkelijker beheer van het grasland.

DairyGrass® – de slimme mix voor jouw melkvee

Wil je méér melk van eigen land? Kies dan voor grasmengsels met gelijke doorschietdatum. Zo voorkom je dat delen van het gras doorschieten terwijl andere nog moeten beginnen. Resultaat: meer uniforme kwaliteit en hogere opbrengst.

Let daarnaast op:

• Hoge kroonroestresistentie – voor een gezonde grasmat
• Hoog suikergehalte – voor smakelijker gras en meer energie
• Maximale voederwaarde – voor gezonde, goed producerende koeien

👉 Lees hier meer over onze DairyGrass®-mengsels?